Hier stond tot 1851 de herberg In de Koning van Spanje. Hier kwamen tussen 1830 en 1840 de leden van rederijkerskamer de Olijftak geregeld samen. Dat was een groep schilders, beeldhouwers en jonge schrijvers die in ’t Vlaams gedichten schreven. Een van hen was Hendrik Conscience. Hij woonde er op een kamer van 18 februari 1837 tot 29 oktober 1838, nadat hij met ruzie het ouderlijk huis aan het Laar (nu Generaal Eisenhowerlei) verlaten had. Hij schreef er De Leeuw van Vlaanderen, zijn bekendste werk.
De mozaïek is een afbeelding van een gouden spoor, een verwijzing naar de Guldensporenslag van 11 juli 1302. Deze slag speelt een sleutelrol in “de leeuw van Vlaanderen”. De naam van de slag is een verwijzing naar de vele vergulde sporen van de gesneuvelde Franse ridders en edellieden die na de slag op het slagveld werden gevonden.